tot 1760
KLEDING TOT 1760
Kleding van de tot slaafgemaakten en vrijen tot ca. 1760
In de beginperiode ging men in de regel gekleed zoals men dat vanuit Afrika gewend was. De kleding van de slaven werd voornamelijk bepaald door hetgeen zij gewoonlijk jaarlijks van de slavenhouder kregen. Mannen kregen een smalle strook stof die zij als schaamdoek konden gebruiken. Vrouwen kregen een ‘paantje’ ofwel pangi die zij om de lendenen konden slaan. Het bovenlichaam bleef gewoonlijk onbedekt. Er waren echter al vrouwen die om hun borsten te bedekken een zogenaamde bobbelap droegen; d.i. een driehoekig doek die op de rug geknoopt werd.