PLANTAGE 

Wat is een plantage?

Een plantage is een stuk grond waarop op grote schaal gewassen in monocultuur verbouwd worden. Plantages komen meestal voor in de tropen, met gewassen als bijvoorbeeld suikerriet, koffie, thee, rubber, banaan, soja, ananas, aloë vera, (teak)hout, katoen, cacao, coca, hennep, opium en tabak. 

Slavernij op de plantages

Aangezien de ondernemers (planters genoemd) zoveel mogelijk winst probeerden te maken werd er in eerste instantie geprobeerd om de inheemse bevolking tot slaaf te maken. In de ogen van de planters waren de inheemse minderwaardige mensen, omdat ze geen christenen waren en daarom hun konden gebruiken als slaven. Wie tegenstribbelde werd gestraft, mishandeld, verminkt. Soms zelfs tot de dood erop volgde. Sommige planters stonden bekend als extreem wreed, andere weer als veel humaner.

Het tot slaaf maken van de inheemse bevolking mislukte grotendeels door sterfte en verzet. Hierdoor besloot men over te gaan tot het halen van arbeiders uit Afrika. 

Plantages Overzicht

De plantages

Er waren ongeveer honderd plantages op Curaçao. Op de grootste plantages werkten meer dan honderd tot slaaf gemaakte mannen en vrouwen. Het leven op de plantages was voor de tot slaaf gemaakten heel slecht. De meesten moeten zwaar werk doen, wel 60 tot 96 uur per week. En altijd is er de zweep voor wie niet hard genoeg zijn best doet volgens de opzichter. De tot slaaf gemaakten krijgen maar tweemaal per dag te eten: het is niet veel en bijna altijd hetzelfde.

De tot slaaf gemaakten werden verdeeld in drie categorieën: huisslaven, ambachtsslaven en tuinslaven. De huisslaven zijn voornamelijk vrouwen die moesten werken in de huishouding: als kokkin, wasvrouw, schoonmaakster, naaister, huisbediende. Ambachtsslaven zijn mannen die moesten werken als timmerman, mandenmaker, metselaar of kuiper. De meeste tot slaaf gemaakten moesten werken op het land of met het vee.